Ingrediënten

  • 4 stronken BelOrta witloof
  • 1 BelOrta pastinaak
  • 1 BelOrta zoete aardappel
  • enkele takjes verse oregano
  • 2 eetlepels boter
  • 1 theelepel zout
  • 2 teentjes look
  • 2 eetlepels graanmosterd
  • 300 ml amandelmelk
  • 300 ml room
  • 1/2 theelepel nootmuskaat
  • 1/4 theelepel witte peper
  • 20 g aardappelzetmeel
  • 50 g cashewnoten

Bereiding

  1. Witloof: neem een pan met een hoge rand en leg de witloofstronken in hun geheel in de pan. Vul met een bodempje water, voeg de boter toe, samen met 1 teentje look, zout, oregano en twee lepels graanmosterd. Bedek met bakpapier en laat 25 minuten sudderen op een zacht vuurtje, tot je de witloofstronken makkelijk kan prikken met een keukenmesje.
  2. Gratin dauphinois: doe 50 g cashewnoten in een kom met water en laat 2 uur weken (kan overnacht). Schil en snij de zoete aardappel en pastinaak in dunne plakjes. Voeg deze toe in een kookpot, samen met de amandelmelk, de room, het zetmeel, peper, look, zout en nootmuskaat. Breng aan de kook en laat rustig garen (ongeveer 8 minuten) tot de groenten gaar zijn maar nog voldoende beet hebben. Zeef de groenten en leg ze in schijfjes in een kleine ovenschotel – zorg dat je minstens 6 laagjes groenten op elkaar hebt liggen. Doe het sap en de gezeefde cashewnoten in een keukenmixer en mix glad. Bedek de groenten met deze gladde massa en bak 25 minuten in een oven op 180°C.
  3. Plaats het witloof nog even in de oven zodat de mosterd en boter lichtjes karamelliseren. Snij ondertussen mooie balkjes gratin uit de ovenschotel en leg deze op het bord, op de zijkant, zodat de laagjes goed zichtbaar zijn. Leg een stronk witloof op het bord naast de gratin en werk af met wat tuinkers.

Dit recept kwam tot stand dankzij een heerlijke samenwerking met Mathias Smet