Ingrediënten

  • 1 Romeinse sla
  • 300 à 400 g kalkoenfilet
  • 4-tal lenteuien
  • 2 houten satéstokken
  • zout
  • peper
  • paprikapoeder
  • 750 g bloemige aardappelen
  • 3 dl karnemelk
  • olijfolie
  • 2 eetlepels citroensap

Bereiding

  1. Snijd de kalkoenfilets in stukken van 3 à 4 cm. Zorg dat je 8 à 10 stukken vlees hebt.
  2. Maak de lenteuien schoon en snijd ze ook in stukken van 3 à 4 cm.
  3. Prik nu eerst telkens een stuk vlees op een satéstok, vervolgens 2 stukken lenteui en dan weer een stuk vlees, enz. tot je 2 brochettes hebt.
  4. Kruid naar smaak met zout, peper en paprikapoeder.
  5. Schil de aardappelen en snijd in stukken.
  6. Kook de aardappelen tot ze gaar zijn, pureer en voeg de karnemelk toe om een smeuïge, licht zurige aardappelpuree te bekomen. Breng op smaak met peper en zout.
  7. Maak de dressing. Meng hiervoor de karnemelk met 1 eetlepel olijfolie en het citroensap. Kruid met peper en zout naar smaak.
  8. Verhit een scheutje olijfolie in een pan op het vuur. Bak hierin de kalkoenbrochettes goudbruin.
  9. Spoel de Romeinse sla kort onder water en dep droog. Halveer in de lengte. Verhit een scheut olijfolie in een grillpan en als deze heet genoeg is leg er dan de Romeinse sla in met de snijkant naar beneden.
  10. Schroei ongeveer 3 minuten en draai om. Grill nog eens een 3-tal minuten aan de andere kant.
  11. Serveer de kalkoenbrochettes met de aardappelpuree en leg er de gegrilde Romeinse sla bij.
  12. Werk deze af met de karnemelkdressing.